Geef kunst kado met de SBK Kunstbon

Rugwind, De Schuilhut en andere reisverhalen

09/09/2017 - 14/10/2017 @ SBK Amsterdam KNSM

Vanaf 9 september tot en met 14 oktober 2017 is een bijzondere expositie te zien van Adriaan Rees en Herman Makkink in SBK Galerie 3, Amsterdam Noord.

Rees was leerling van Makkink (1937-2013) op de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Hun meester-leerling relatie ontwikkelde tot die van kunstenaar- assistent. Na het afstuderen van Rees ontstaat een hechte vriendschap en besluiten ze zelfs om een atelier te delen tot aan de dood van Makkink in 2013.

In deze expositie zie je naast verwantschap tussen beide kunstenaars ook beelden en werkwijzen waarin ze elkaar beïnvloeden. Voor beide kunstenaars is reizen een grote inspiratiebron. Voor Rees zijn dat onder andere Japan, Korea, Egypte en China. In het laatste land heeft hij zelfs een atelier. Makkink reisde letterlijk de hele de wereld rond, vaak te voet en werkte onder meer in de USA, Japan en Londen. Beiden tonen zich nieuwsgierig naar andere culturen: hoe ze aan verandering onderhevig zijn, hoe mensen zich ontwikkelen en hoe de diverse landschappen veranderen.

Centraal werk in deze presentie wordt De Schuilhut. Deze installatie is geïnspireerd op het schilderij ‘Ondergesneeuwde Hut’ van Caspar David Friedrich. Rees is gefascineerd door dit schilderij en ziet nauwe verwantschap met de bewoonbare sculpturen en tijdelijke onderkomens die Makkink maakte in tekeningen, sculpturen en beelden in de openbare ruimte.

Onderdeel van de tentoonstelling is een soundtrack, een samenwerkingsproject van Adriaan Rees en Leo Anemaet. Het neemt de bezoeker mee op een imaginaire voettocht van Rees en Makkink door rijstvelden en bergen in China, in de vallei waar Rees nu woont.

EEN VERRASSEND DUO

Het werk van Herman Makkink en Adriaan Rees

Eerst is er de relatie meester-leerling. Vervolgens wordt het kunstenaar-assistent. Als ze besluiten een atelier te delen komen er samenwerkinsprojecten, ontstaat er respect voor elkaars werk en groeit er vriendschap.

Het is dus niet zo vreemd dat Adriaan Rees (1957, Amsterdam) een tentoonstelling wilde maken waarin zijn werk zou worden gecombineerd met dat van Herman Makking (1937, Winschoten – 2013, Italië). Als een soort eerbetoon, maar vooral ook om het zich met elkaar te laten verhouden. Waar bestond de verwantschap uit? Werden ze beïnvloed door elkaar? Bleven ze in hun werk toch zichzelf? De tentoonstelling wil de kijker niet alleen laten kennismaken met of verleiden door werken van twee bijzondere kunstenaars, ze zet de kijker ook aan het werk.

Voor beide kunstenaars is reizen van groot belang. Voor Rees zijn Japan, Korea, Egypte en China bijvoorbeeld bekend terrein. In het laatste land heeft hij zelfs een atelier. Bij Makkink stonden onder andere Japan, Australië, Centraal Amerika, Griekenland, Los Angeles en Londen op het lijstje. Beiden tonen zich nieuwsgierig naar andere culturen. Hoe ze aan verandering onderhevig zijn, hoe mensen zich ontwikkelen en hoe de diverse landschappen veranderen.

Beide kunstenaars laten zich niet beperken tot één bepaald medium of één bepaald materiaal. Makkink begon met assemblages (hij woonde toen in Los Angeles waar veel kunstenaars zich van dat medium bedienden), maakte sculpturen voor binnen en buiten, verhalende kijkdozen, ‘woningen’, maar ook tekeningen en zelfs een stripboek (The Shortest Way Home, 2012). Rees past het medium aan het concept aan. Glas, klei, porcelein, video, tekst, foto, alles is in principe mogelijk als het het doel maar dient. Opmerkelijk genoeg maakt hij geen schetsen, laat staan tekeningen. Die blijven in zijn hoofd.

Zowel Rees als Makkink weten verwarring te stichten. Door contrasterende materialen bijvoorbeeld. Makking gebruikte ruwe baksteen (Bolbewoners, 2003), maar ook glimmend polyester (Rocking Machine, 1970); Rees maakt ongepolijste kleikoppen (Telling Lies, 2003), maar ook elegante, keramische vazen. Door realisme en abstractie af te wisselen zetten ze de kijker eveneens op het verkeerde been. In zijn boxes uit de jaren 70 vertelt Makkink realistisch uitgevoerde verhalen, zijn Halfway House uit 1980 staat op een geabstraheerde berg, terwijl zijn Flag uit 1970 een pure abstractie is. Rees decoreert realistische torso’s met doodskoppen en schepen (2008-2009), uit zijn bodyparts (2011) groeien organische vormen, zijn Screaming in a Bucket (2012-2015) is een weliswaar vreemde sculptuur, maar wel een realistische, terwijl zijn Monkey Kings (2009) de werkelijkheid weer vrij ver achter zich laten.

Beide kunstenaars ook hebben de aanstekelijke neiging de werkelijkheid een absurde draai te geven. Dat is bij Makking bijvoorbeeld het geval bij zijn Chimney House (1996) en bij Rees bij zijn Torso serie (Jamaica Fun, 2011).

Adriaan Rees is gefascineerd door een werk van Casper David Friedrich: Ondergesneeuwde Hut. Een klein werk uit 1827 dat symbool kan staan voor een leefvorm die afwijkt van de gangbare of misschien wel voor reizen en trekken. Makkink heeft bij zijn openbare opdrachten ook een aantal keren bewoonbare sculpturen gemaakt (Wegwerphuis uit 1990 bijvoorbeeld). Rees presenteert in deze tentoonstelling zijn versie van een wegwerp- of ondergesneeuwde hut. Die installatie moet het centrale werk in deze presentatie worden. Een afgeleid eerbetoon.

Ook al zijn er duidelijke overeenkomsten tussen de twee kunstenaars, ook al is hun onderlinge verwantschap tussen de regels te lezen, het zijn ook kunstenaars die zichzelf zijn, die hun eigen taal hebben ontwikkeld, die hun eigen weg zijn gegaan. Het is aan de kijker om de eventuele vergelijkingen te maken en de gelijkenissen, verschillen of tegenstellingen bloot te leggen.

Het combineren van het werk van deze eigenzinnige kunstenaars heeft hoe dan ook een spannende en verrassende tentoonstelling opgeleverd.

 

Rob Perrée

Brooklyn, augustus 2017.