Geef kunst kado met de SBK Kunstbon

Raul Balai | BANG! BANG!

24/02/2018 - 19/03/2018 @ SBK Galerie 23 Hedendaagse Afrikaanse Kunst KNSM

'BANG! BANG!', is de solo- expositie van Raul Balai (Amsterdam, 1980). Balai is een kunstenaar wiens werk niet gekenmerkt wordt door een specifieke stijl of vorm.

Hij weet conform elk onderwerp of verhaal een vorm te vinden, ook door zijn visuele en conceptuele vocabulaire hierop aan te passen. Zijn werk toont zich daardoor als een samenspel van schilderkunst, graffiti, grafisch ontwerp, illustratie en fotografie.

Tijdens de finnisage zal er een exclusieve vertoning plaatsvinden van de recent verschenen documentaire ‘Searching for Winnetou’, gemaakt door één van Canada’s meest geliefde inheemse schrijvers Drew Hayden Taylor. De film is een fascinerende verkenning van Duitse obsessie met Winnetou en ’culturele waardering versus toe-eigening’ in Europese context.

Na afloop van de documentaire gaat de kunstenaar in gesprek met curator en antropoloog Sebastian Rypson van Anthropologists in Art over de expositie, de fascinatie met dit rollenspel en cultureel- historische achtergrond van de gevoeligheid rondom het onderwerp. Ook is er uitgebreid kans om de expositie te bezichtigen.
Fons Geerlings en Priscilla Tosari heten u van harte welkom.

De artist talk van Raul Balai met psychiater en mensenrechtenstrijder Glenn Helberg op de opening kunt u hier terug zien.

Balai’s werk was de afgelopen jaren te zien bij o.a. Het Amsterdam Museum, Carrefour des Arts, Larache, Marokko , Dak’Art Biennale Senegal, M HKA Antwerp, Galleri Image, Denemarken en Framer Framed, Amsterdam.

BANG! BANG!

De Indianenverhalen van Raul Balai

In 1995 publiceerde De Amerikaanse Deborah Willis – hoofd van het fotografie departement van New York University – de essaybundel Picturing Us. Daarin beschrijft ze onder andere hoe zwarte Amerikanen generaties lang familieportretten lieten maken door studiofotografen. Zondags gekleed en tegen de achtergrond van een stemmig decor. De achterliggende bedoeling was om het negatieve beeld te corrigeren dat hun blanke omgeving van hen bleef geven. Veel zwarte kunstenaars hebben de thematiek van de representatie tot onderwerp van hun werk gekozen. Uitgevoerd in allerlei mogelijke variaties. Gary Simmons bijvoorbeeld hekelde de manier waarop zwarten in comic strips werden (en worden) verbeeld. Hij tekende ze met krijt op een schoolbord en veegde ze daarna slordig uit, zó, dat de oorsprong zichtbaar bleef, maar het uitwisgebaar zijn boodschap niet miste.

Het werk van Raul Balai (Amsterdam 1980) moet binnen deze traditie gezien en beoordeeld worden. Hij stoort zich eraan dat stereotyperingen over buitenlanders (bijvoorbeeld Chinezen) of ‘andere’ bevolkingsgroepen (bijvoorbeeld Indianen) nog steeds opgang doen en zo bestaande vooroordelen blijven bevestigen. Hij kiest ervoor om dat te verbeelden in een Pop Art–achtige vorm. Dat lijkt tegenstrijdig, want Pop Art was een bij uitstek Westerse, lelieblanke richting in de beeldende kunst. Toch is de keuze niet echt vreemd. Pop Art liet zich inspireren door de werkelijkheid van de populaire cultuur. Andy Warhol maakte zeefdrukken van bestaande (Campbell) soepblikken en Claes Oldenburg vergrootte McDonalds’ hamburgers uit. Ze gaven geen vertekende representatie van de werkelijkheid, ze maakten de alledaagse werkelijkheid tot kunst. Een onbesmette methode die Balai moet aanspreken. Daar komt bij dat Balai zelf de populaire cultuur – namelijk strips en stripfiguren – gebruikt om zijn punt te maken. Ook vanuit die optiek gloort de Pop Art. Ongetwijfeld heeft eveneens meegespeeld dat Pop Art zich vaak in een grafische beeldtaal heeft geuit. De schilderijen van Roy Lichtenstein bijvoorbeeld hebben een hoog grafisch gehalte. Raul Balai is van huis uit grafisch ontwerper. Het is dan niet verwonderlijk dat zijn oorspronkelijke discipline in zijn kunstwerken door ‘klinkt’ (de titel van zijn tentoonstelling heeft hij niet toevallig tot beeldmerk omgevormd). Tenslotte is het wellicht nodig om een te weinig erkende thematiek in een herkenbare vorm over te brengen. De kunstenaar wil dat zijn verhaal geen indianenverhaal blijft.

Balai bedient zich van vele media: de tekening, de zeefdruk, de sculptuur, de video, het schilderij en de collage. Omdat hij die ook in combinatie of in confrontatie met en in aanvulling op elkaar presenteert, is de tentoonstelling Bang! Bang! in feite één grote installatie. Opvallend zijn vier ‘beeldbakken’ of wandvitrines: veren (achter glas) belemmeren goeddeels het zicht op een collage van indianenverhalen uit strips. Er hangen vier versies: een rode, een witte, een zwarte en een gele. Ze maken nieuwsgierig omdat ze aantrekken zonder zich onmiddellijk bloot te geven. Tot sculpturen gegoten stripfiguren hangen in de vorm van een omgekeerde Amerikaanse vlag aan de wand. Een serie tekeningen toont pas zijn ware gezicht als je er met een 3D brilletje op naar kijkt. Getekende portretten van indianen versterken elkaar door als groep de ruimte in te kijken. Een grote, letterlijk gelaagde tekening is een onmiskenbare verwijzing naar Eight Elvises, het 8-voudige Elvis Presley portret van Andy Warhol uit 1963. Een video in het midden van de ruimte lijkt de verschillende onderdelen van de tentoonstelling tot een geheel te maken.

In het dagelijks leven in Nederland is de thematiek van de bevooroordeelde representatie de laatste tijd weer actueel, niet in de laatste plaats door de verrechtsing binnen de politiek. Raul Balai slaagt erin de urgentie ervan op een toegankelijke, want redelijk herkenbare manier in beeld te brengen. Dat maakt Bang! Bang! tot een stimulerende ervaring.

Rob Perrée
Amsterdam, februari 2018.